Wereldwijd is er sprake van een massale sterfte onder bijenvolken, zowel onder gehouden bijen (de honingbij) als onder in het wild levende bijen (solitaire bijen en hommels). Ironisch genoeg zal de toegenomen sterfte bij honingbijen en wilde bestuivers in Europa van grote negatieve invloed zijn op een belangrijke veroorzaker van deze sterfte: de landbouw. En daardoor worden ook weer voedselproductie en veiligheid, biodiversiteit, ecologische duurzaamheid en ecosystemen negatief beïnvloed.
Naast de import van Canadese bijenpopulaties zijn we nu al zover dat we onze toevlucht nemen tot menselijke hulp bij bestuiving. De gezondheid van individuele bijen en kolonies wordt beïnvloed door tal van − potentieel dodelijke − factoren, die veelal met elkaar zijn verbonden. Te denken valt aan het gebruik van pesticiden, veranderende klimatologische en ecologische omstandigheden, verlies van biodiversiteit, veranderingen in landgebruik en landbouwpraktijken (meer monoculturen) en de aanwezigheid van invasieve soorten die bestaande kolonies binnendringen en zo het immuunsysteem van de bijen verzwakken.
Het wordt steeds duidelijker dat bijenteelt en biodiversiteit van elkaar afhankelijk zijn. Door het bestuiven van landbouwgewassen leveren bijen ook belangrijke economische en sociale publieke goederen. Voedselzekerheid en de instandhouding van de biodiversiteit zijn gebaat bij gezonde populaties bijen.
Door de opkomst van kunstmest, herbiciden en intensieve mechanisatie die diepploegen mogelijk maakte, zijn bloemrijke akkers – begin vorige eeuw nog heel gewoon − uit het landschapsbeeld verdwenen. Om verdere achteruitgang van de biodiversiteit te voorkomen en om de bijenteelt te bevorderen is het noodzakelijk bijen weer een rijke voeding te bieden die zij nodig hebben om hun afweersysteem te behouden en gezond te blijven.
Het Deltaplan voor het landschap van de VNC voorziet in de aanleg van de voor bijen zo noodzakelijke landschapselementen als boomgaarden en bloemrijke akker- en slootranden. Dergelijke landschapselementen zijn van groot belang voor de landbouw en de daarmee samenhangende wereldvoedselvoorziening.
Ook wetenschappelijk onderzoek toont duidelijk het belang van perceelranden in de landbouw, ook voor bijen en andere insecten en plaagbestrijders. Zo zijn er bijvoorbeeld Noorse studies die het belang van heggen aantonen voor hommels, loopkevers, vlinders, bloeiende planten en vogels.