Het voornemen van de provincie Gelderland om eeuwenoude landbouwenclaves op de Veluwe tot natuur om te vormen kan catastrofale gevolgen hebben voor de biodiversiteit. De landbouwenclaves moeten vanzelfsprekend gevrijwaard worden van intensieve veehouderij, zware drijfmestgiften, kunstmest en pesticidengebruik, maar vormen vanuit de oudheid met mest en bekalking oases voor foeragerende dieren op zoek naar mineralen en bodemfauna. Dat stelt de Vereniging Nederlands Cultuurlandschap (VNC).
De Veluwe is allang niet meer het zogenaamd grootste aaneengesloten natuurgebied van Europa. Een ‘grenzeloze’ ervaring kun je daar niet meer beleven, omdat het gebied is doorsneden door vier snelwegen en drie spoorwegen, omsloten is door 31 steden en dorpen en bestaat uit met hekken afgebakende particuliere gebieden.
De grond op de Veluwe bestaat grotendeels uit zand en grind en is dus arm aan kalk en mineralen. Door menselijk gebruik door de eeuwen heen is de situatie in bossen en heidevelden er niet beter op geworden, in tegendeel. Hout, heideplaggen, vlees en botten van wild zijn uit de bossen en heides gehaald en daarvoor is niets in de plaats terug gegeven aan de toch al arme bodem. Behalve zure regen en stikstof, waardoor de bodem ontkalkt en verzuurt en mineralen uitspoelen naar voor boom- en plantenwortels onbereikbare dieptes. Daarnaast laat het bosbeheer te wensen over, met het ene bos slechts half natuurlijk, het ander multifunctioneel en nog een ander hardcore productiebos, terwijl ze allen gerekend worden tot het Gelders Natuurnetwerk.
In het licht van al deze voor de Veluwse natuur negatieve ontwikkelingen zijn de vaak eeuwenoude landbouwenclaves des te belangrijker. Door stalmest en bekalking zijn deze enclaves de enige plekken op de Veluwe waar de mens iets terug gaf, zijn daarmee door hun rijkdom aan mineralen en bodemfauna onmisbaar voor de biodiversiteit en bieden een tegenwicht aan de verzuring en ontkalking van het gebied. Stichting GraanGeluk is hiervan een prachtig voorbeeld, waar chemievrij, traditiegetrouw en biodiversiteitsrijk geboerd wordt, en waar de vele houtwallen aan duizenden dier- en plantensoorten bestaansgrond bieden. Maar in plaats van dit belangrijke initiatief te omarmen dient GraanGeluk te wijken voor nieuw aan te planten bos of verwildering met grote grazers. Aan deze biotooptypen is op de Veluwe inmiddels geen gebrek, terwijl juist de bloemrijke weides en akkers in de landbouwenclaves, omzoomd door houtwallen en andere landschapselementen een lustoord zijn voor flora en fauna, te midden van het versnipperde en ontregelde natuurgebied.
De VNC roept in een brief de provincie Gelderland op haar beleidsvisie, waarin landbouwenclaves tot natuur verworden, te herzien, en ziet mogelijkheden om al deze enclaves om te vormen naar kampenlandschappen en landgoedachtige situaties; passend bij het Nationaal Landschap en haar geschiedenis en ingericht met biologisch geteelde oude gewassen met een hoge bijdrage aan de biodiversiteit en -massaliteit. Deze natuurdoelen zijn dan ook leidend wanneer boeren en natuurorganisaties hiervoor overheidsgeld ontvangen. Aan de verplichting om te streven naar een gunstige staat van instandhouding mag niet worden getornd.