UPDATE 16-2-22:
Een nieuwe natuurtoets heeft aangetoond dat het mountainbikepad Rijk van Nijmegen de Wet natuurbescherming overtreedt en het Natuurnetwerk Nederland verslechtert. Lees verder: https://www.nederlandscultuurlandschap.nl/natuurtoets-mtb-route-rijk-van-nijmegen-overtreedt-wet-natuurbescherming-verslechtert-natuurnetwerk/
UPDATE 17-12:
Naar aanleiding van de recente discussie en besluiten in de Nijmeegse gemeenteraad geeft VNC-directeur Jaap Dirkmaat een heldere kijk op natuurbeschermingsrecht en de verplichtingen die daaruit voortvloeien.
De laatste tijd is veel gezegd en geschreven over het beschermde vliegend hert en de nieuwe mountainbikeroute in het Rijk van Nijmegen. De hieruit ontstane discussie is inmiddels persoonlijk geworden, met vele verwensingen naar onze organisatie en onze directeur Jaap Dirkmaat in het bijzonder. De VNC mengt zich niet in deze discussie en benadrukt haar taak op te komen voor de toch al zo gemarginaliseerde natuur in Nederland en overheden bij de les te houden met betrekking tot natuurbeschermingsrecht waaraan zij gehouden zijn.
De conclusie is heel simpel: voor de aanleg van het mountainbikepad had de gunstige staat van instandhouding van in het gebied voorkomende beschermde diersoorten (zoals het vliegend hert) aangetoond moeten worden en vervolgens ontheffing aangevraagd en al dan niet verleend moeten worden. Niets van dit alles is gebeurd. Met de aanleg van de mountainbikeroute is dus het (inter)nationaal natuurbeschermingsrecht met voeten getreden. Alle verdere discussie is dan ook van ondergeschikt belang. Omdat dit echter bij velen niet lijkt door te komen gaan wij hieronder nog in op een aantal veelgehoorde commentaren omtrent de mountainbikeroute.
Er is uitgebreid (ecologisch) onderzoek gedaan voor de aanleg van de mountainbikeroute.
Voor een dergelijke ingreep in het leefgebied van beschermde diersoorten (zoals het vliegend hert) dient in een onderzoek per soort afzonderlijk de gunstige staat van instandhouding aangetoond te worden. Dit is niet gebeurd. Niet voor het vliegend hert, noch voor de andere in het gebied voorkomende beschermde soorten. Sterker nog, het vliegend hert wordt in het gedane onderzoek überhaupt niet genoemd, terwijl al jaren eerder bekend was dat het vliegend hert op slechts vier plekken in Nederland voorkomt, waarvan de Westermeerwijk in de omgeving Nijmegen er één is.
Vervolgens dient voor iedere in het gebied voorkomende diersoort een afzonderlijke ontheffing aangevraagd en al dan niet verleend te worden. Een ontheffing voor het vliegend hert is noch aangevraagd noch verleend. Evenmin voor andere in het gebied voorkomende diersoorten als de gladde slang, zandhagedis, hazelworm, bosuil, ransuil, alle vleermuissoorten, alle roofvogels en andere broedvogels waarvan de vaste nest- en verblijfplaatsen niet mogen worden verstoord of vernield.
Voor een ingreep in het leefgebied van een beschermde diersoort is ten slotte een dwingende reden van groot openbaar belang nodig (zoals oorlog of direct risico voor de volksgezondheid) waaraan op geen enkele andere wijze elders invulling kan worden gegeven. Ook daar is in dit geval niet op getoetst, maar het moge duidelijk zijn dat een mountainbikepad geen dwingende reden van groot openbaar belang is.
Al deze randvoorwaarden en verplichtingen zijn des te meer nodig omdat het hier zonder uitzondering gebieden betreft die vanuit het oogpunt van natuurbescherming behoren tot het Gelders Natuurnetwerk (voorheen Ecologische Hoofdstructuur); een beschermingsregime dat er juist voor moet zorgen dat deze gebieden zodanig worden beheerd dat de verplichting dieren in gunstige staat van instandhouding te brengen (en te houden) ook daadwerkelijk wordt ingelast. De overheid is hiertoe verplicht. Alle andere functies die aan een bos of natuurgebied gegeven kunnen worden (recreatie, rust zoeken etc.) kunnen worden toegelaten zolang die de kernkwaliteiten van het leefgebied of de gunstige staat van instandhouding van de aanwezige soorten niet aantasten of in de weg staan. Dit is ter beoordeling aan verantwoordelijke overheden en terreinbeherende organisaties; een beoordeling die alleen kan plaatsvinden als meerdere jaren is onderzocht hoe deze soorten er lokaal en landelijk voor staan. Dit is niet gebeurd.
Door de nieuwe route wordt het mountainbikeverkeer gereguleerd.
Het tegendeel is waar. Het nieuwe mountainbikepad is mede dankzij uitgebreide promotie zo populair geworden dat het in de bossen waarin het ligt nu drukker is dan ooit. Zo druk zelfs dat de mountainbikevereniging zelf al oproept de route in het weekend te mijden (https://www.gelderlander.nl/berg-en-dal/mountainbiken-in-het-bos-kies-voor-een-doordeweekse-dag~a765612b2/). De van heinde en verre aangetrokken mountainbikers wijken al uit naar de omringende bossen waar niet gefietst mag worden, waardoor het ook daar steeds drukker wordt.
Het bos is van iedereen.
De natuur in Nederland staat zwaar onder druk (https://www.clo.nl/indicatoren/nl1604-svi-nederland). Zelfs in gebieden die wettelijke bescherming genieten wordt geoefend door ons leger, hout geteeld voor onze hout- en papierbehoefte, wordt in de laatste schone gebieden drinkwater gewonnen waardoor deze verdrogen en vindt intensief recreatief gebruik nu eenmaal plaats in een dichtbevolkt land. Alle vormen van nieuw gebruik komen daar nog eens bovenop en naarmate dat gebruik intensiever wordt bedreigt het de beschermde natuur. Natuurgebieden zijn niet aangekocht en worden niet beheerd om menselijke hobby’s en sport en jacht mogelijk te maken. Getuige de snelle achteruitgang van de natuur ook binnen beschermde gebieden is er sprake van een disbalans. Als de natuur nog verder wordt aangetast is dat in strijd met wat we hebben afgesproken en dient dus aan wet- en regelgeving getoetst te worden. Het is onbestaanbaar dat dat niet gebeurd is.
Uit de petitie blijkt groot draagvlak voor het behoud van het mountainbikepad.
Het gaat hier niet om een meerderheid van stemmen maar om het naleven van de wet. Een petitie verandert daar niets aan.
Verstorende effecten van wandelaars en ruiters zijn even groot als die van mountainbikers.
Wat betreft ruiters is al lange tijd bekend dat wilde diersoorten paarden zien als dieren en de ruiter negeren, mede doordat de geur van het paard die van de ruiter overstemt. Wandelaars en recreatieve fietsers gebruiken de goed begaanbare paden, waarbij de wandelaars langzaam hun omgeving op rustige wijze waarnemen. Het is niet zo dat wandelaars plotseling moeten uitwijken voor net uitgevlogen jonge vogels of deze per ongeluk pletten onder hun voeten. Mountainbikers maken met plezier gebruik van slecht gebaande paden met veel uitdagingen waarbij zij constant alert moeten zijn op het parcours, snelheid moeten maken en dan ook nog oog zouden moeten hebben voor traag kruipende dieren zoals padden, slakken, slangen, langzame jonge vogels en kevers. Bovendien doemen mountainbikers door hun snelheid plotseling op in de leefwereld van dieren. Om die reden hebben meerdere wildsoorten het gebied van de Westermeerwijk inmiddels verlaten en vestigen zich nu in andere gebieden, territoriale conflicten met andere soorten voor lief nemend.
Er lagen al routes.
De oude paden betreffen bestaand gebruik; het gaat in dit geval niet over oude paden maar over de nieuwe die nu aangelegd zijn en worden, in strijd met internationale wet- en regelgeving en bovendien in de tijdsgeest van de erbarmelijke staat waarin onze natuur heden te dage verkeert. Daarnaast is het zoals gezegd nu explosief veel drukker dan het op de oude paden ooit geweest is.