Op 6 januari 2023 heeft de rechtbank Gelderland uitspraak gedaan in de zaak die de VNC had aangespannen tegen de provincie Gelderland, over de aanleg van nieuwe mountainbikepaden in beschermd natuurgebied in het Rijk van Nijmegen. De VNC is van mening dat een dergelijke ingreep, waarvoor beschermde natuur is aangetast, niet had mogen plaatsvinden. Daarop hebben wij de provincie verzocht te handhaven op basis van natuurbeschermingsrecht. De provincie wees dat verzoek af, waarop wij in beroep gingen. Dat beroep is behandeld in een hoorzitting op 22 november 2022.
De rechtbank heeft na de hoorzitting geoordeeld dat de VNC niet-ontvankelijk is in deze zaak. Dat betekent niet dat wij inhoudelijk geen gelijk hebben over de natuurverstoring, enkel dat wij ons daar niet mee mogen bemoeien. De zaak is daardoor niet inhoudelijk behandeld, en de vraag in hoeverre de aanleg van de paden in strijd is met natuurbeschermingsrecht, is daarmee niet beantwoord.
Gunstige staat van instandhouding
Wat vaststaat is dat de overheid verplicht is een gunstige staat van instandhouding van wettelijk beschermde soorten en gebieden te bereiken en te waarborgen. Zolang die gunstige staat er niet is, dient de overheid maatregelen te treffen om die staat wel te bereiken en mogen er tot die tijd geen nieuwe ruimtelijke ingrepen in deze gebieden plaatsvinden (tenzij deze van een groot openbaar belang zijn waarvoor geen enkel alternatief voorhanden is en de ingrepen nauwlettend worden gecompenseerd).
Het gebied waar de nieuwe mountainbikeroutes zijn aangelegd is onderdeel van het beschermde Natuurnetwerk Nederland, en beschermde soorten die daar voorkomen zijn onder meer het vliegend hert, de zandhagedis en de hazelworm.
Deze diersoorten en dit natuurgebied verkeren niet in een gunstige staat van instandhouding. Toch is toegestaan nieuwe mountainbikeroutes in het gebied aan te leggen. Hiervoor hebben natuurbeschadigende ingrepen plaatsgevonden zoals het met graafmachines afgraven van grond en uitgraven van boomwortels en myceliumdraden, het aanbrengen van gebiedsvreemd materiaal (leem) en het verdichten van de bodem met een trilplaat. Het routenetwerk dat hierdoor is ontstaan loopt kriskras door het beschermd natuurgebied heen, waarmee het leefgebied van de genoemde soorten op talloze nieuwe plekken is doorsneden.
Om deze ontwikkelingen aan te kaarten stuurden wij dus een handhavingsverzoek aan de provincie Gelderland, die dit verzoek op inhoudelijke gronden afwees. De rechtbank oordeelt nu dat de provincie in plaats daarvan het verzoek niet-ontvankelijk had moeten verklaren, en doet dat in de plaats van de provincie alsnog.
Nieuwe natuurtoets
Ondanks de inhoudelijke afwijzing door de provincie, heeft zij onder meer naar aanleiding van het handhavingsverzoek wel een nieuwe natuurtoets laten uitvoeren door bureau Natuurbalans. Wij hadden immers ook geconstateerd dat de oorspronkelijke natuurtoets – uitgevoerd door bureau Fopma en naar aanleiding waarvan de aanleg van de routes heeft plaatsgevonden – ontoereikend was, onder meer omdat het vliegend hert in dat onderzoek niet naar voren kwam.
De nieuwe natuurtoets van bureau Natuurbalans toonde aan dat door het gebruik van de nieuwe route de Wet natuurbescherming wordt overtreden omdat beschermde soorten worden doodgereden en hun leefgebied wordt verstoord. Ook concludeerde de natuurtoets dat het gebruik van de mountainbikeroute zorgt voor verslechtering van de kernwaarden van het Natuurnetwerkgebied, wat niet toegestaan is.
De nieuwe natuurtoets verscheen op 27 december 2021. Op 15 november 2022, dus bijna een jaar later en een week voor de hoorzitting, stuurde de provincie een brief aan de Stichting MTB Routenetwerk Rijk van Nijmegen. In de brief draagt de provincie de MTB-stichting op om naar aanleiding van de natuurtoets de routes aan te passen vóór 1 maart 2023, om te voorkomen dat overtreding van de Wet natuurbescherming plaatsvindt als gevolg van het gebruik van de routes. De provincie schrijft in de brief ook dat zij de terreineigenaren zal opdragen de routes af te sluiten als de MTB-stichting geen gehoor geeft aan de opdracht.
Deze brief verbaasde ons om meerdere redenen. Ten eerste omdat het de provincie dus bijna een jaar kostte om tot de conclusie te komen dat er alsnog iets aan de routes gedaan moest worden, en dat vervolgens vlak voor de hoorzitting pas kenbaar maakte. Waarschijnlijk met de gedachte zo de angel uit de rechtszaak te halen. Ten tweede omdat de brief aan de MTB-stichting gericht is en niet aan de gemeenten Nijmegen en Berg en Dal, die als eigenaren van het betreffende gebied (de Westermeerwijk) hiervoor verantwoordelijk zijn. Een onredelijke eis om dit te verlangen van de MTB-stichting, die hiervoor immers weer een nieuw ecologisch onderzoek zal moeten laten doen om aan te tonen dat verlegde routes niet in overtreding zijn. Een taak, nogmaals, van de verantwoordelijke gemeenten, die overigens geen van beide aanwezig waren bij de hoorzitting.
Hoe nu verder?
Op de niet-ontvankelijkheid van de VNC is heel wat af te dingen. Zo hebben wij reeds in 2011 landschapselementen zoals houtwallen en heggen aangelegd op de agrarische gronden op de Westermeerwijk, met het nadrukkelijke doel het leefgebied van verschillende soorten onder welke het vliegend hert, te versterken. Daarnaast is het op zijn minst opmerkelijk te noemen dat in de meer dan twee jaar die verstreken na het oorspronkelijke handhavingsverzoek, de kwestie van niet-ontvankelijkheid pas ter sprake kwam toen de MTB-stichting bij monde van haar advocaat zich in aanloop naar de hoorzitting met de zaak bemoeide. Noch de provincie, noch de rechtbank heeft tot die tijd gewag gemaakt van mogelijke niet-ontvankelijkheid. Het lijkt zowaar aangegrepen te zijn om maar niet inhoudelijk op de zaak in te hoeven gaan. Ten slotte is het schrijnend dat op zulke gronden een rechtszaak wordt afgewezen die in het teken staat van bescherming van onze kwetsbare natuur, daar waar de verantwoordelijke partij verzaakt haar beschermingsplicht na te komen. Vergelijk het met de situatie dat je als burger ziet dat iemand een ander op straat aanrijdt, dat meldt en vervolgens te horen krijgt dat je dat niet mag melden omdat je daar niet de aangewezen persoon voor bent, met als gevolg dat de dader ongestraft wegkomt.
De VNC zal desondanks niet in hoger beroep gaan tegen de uitspraak van de rechter. In plaats daarvan draagt zij deze zaak over aan de Stichting Das&Boom, die het standpunt van de VNC inhoudelijk onderschrijft en een nieuw handhavingsverzoek zal indienen. Ook zal de stichting de provincie eraan herinneren dat de opdracht aan de MTB-stichting om de routes aan te passen blijft staan, ondanks de uitspraak van de rechtbank. Die doet immers niets af aan de bevindingen uit de natuurtoets van bureau Natuurbalans, die de aanleiding waren voor de provincie om het aanpassen van de routes op te leggen. Das&Boom zal deze week de provincie op de hoogte brengen van het te volgen handhavingsverzoek.
Tot slot willen wij benadrukken, zoals wij al meermaals hebben gedaan, dat wij niet meegaan in de schijn die wordt gewekt dat er een strijd is tussen ons en de MTB-stichting, dan wel mountainbikers in het algemeen. Dit frame speelt immers onderling onbegrip in de kaart, waar niemand bij gebaat is. Waar het wat ons betreft om gaat is dat je er als burger of belangenorganisatie van uit mag gaan dat de overheid de wet handhaaft. Helaas bewijst zij herhaaldelijk dit niet te doen, waardoor wij ons geroepen voelen de overheid aan haar verplichtingen te herinneren, zoals wij al ruim veertig jaar doen.
Onze natuur is terminaal. Het bodemleven is verstoord. Trekvogels komen door grootschalige bomenkap in hun overwintergebieden niet meer terug. Verdroging teistert onze biodiversiteit, en neemt verder toe door de winning van grondwater. Humus verteert niet meer. Hout wordt massaal geproduceerd en machinaal met machines uit het bos gehaald. Door stikstof verdwijnen vele planten- en diersoorten uit onze bossen en natuurgebieden. Insecten verdwijnen, waardoor ook insectenetende vogels, vleermuizen en amfibieën het moeilijk krijgen. Ecologische verbindingszones worden uitgekleed of niet eens gerealiseerd, waardoor populaties geïsoleerd raken. Zelfs onze Minister van natuur zegt dat de natuur gillend achteruitgaat. Die natuur moet je niet verder op de proef stellen.